Wegen
Kerncijfers
Verhardingen 1.768.400 m2
Waarvan:
- gesloten (asfalt) 417.700 m2
- gesloten (beton) 21.000 m2
- open (klinkers, tegels) 1.278.000 m2
- half (gravel, split) 51.500 m2
Beleid
Wegenonderhoud bestaat uit dagelijks klein- en groot onderhoud en rehabilitatie (volledige vervanging wegconstructie aan het einde van de levensduur). De planningen van klein- en groot onderhoud zijn opgenomen in het wegenbeheerplan 2019-2023. In 2023 is gestart met het opstellen van het wegenbeheerplan 2024-2028.
Rehabilitatie maakt geen onderdeel uit van klein en groot onderhoud wegen. De rehabilitatie is opgenomen in het Meerjaren InvesteringsPlan (MIP) wegen, waarbij de planning wordt afgestemd op de beschikbare middelen en de samenhang met rioleringsprojecten en wegbeheer. Afhankelijk van het project vindt een verdeling plaats tussen rehabilitatiekosten en overige kosten. De middelen worden jaarlijks gedoteerd aan de reserve MIP wegen waaruit de kapitaallasten van de investeringen worden gedekt. Hierdoor blijven voordelen op investeringen als gevolg van subsidies, aanbestedingsvoordelen en onderuitputting beschikbaar voor rehabilitatie.
Bij het opstellen van het wegenbeheerplan is gebruik gemaakt van de beheersystematiek van de stichting CROW, bijgesteld naar aanleiding van de in 2020 uitgevoerde wegeninspecties. Binnen vermelde systematiek worden vier kwaliteitsniveaus onderscheiden A+, A, B, C, en D. Voor het beheerplan wegen Hulst is uitgegaan van niveau B (de laagste onderhoudsnorm om risico's te voorkomen schades te kunnen verzekeren). Door het op tijd uitvoeren van klein onderhoud zoals het repareren van plaatselijke verzakkingen, losliggende tegels, boomwortelschades en dergelijke worden risico’s zoveel mogelijk vermeden, de beeldkwaliteit verhoogd en de service richting bewoners en gebruikers van de openbare ruimte verbeterd.
Met betrekking tot de investeringen in het kader van herinrichting en reconstructie wegen is sprake van rehabilitatie. Daardoor kunnen gelijk afwegingen over verkeersafwikkeling en/of inrichting worden gemaakt. Aanleiding voor rehabilitatie kan ook voortvloeien uit afstemming met andere beleidsterreinen.
Het is belangrijk dat de rehabilitatie van de wegen uitgevoerd wordt. Met andere woorden: aan het einde van de levensduur moeten zowel verharding als fundering volledig vervangen worden. Er moeten voldoende middelen beschikbaar zijn voor rehabilitatie om rioleringsprojecten en rehabilitatie van wegen op elkaar af te kunnen stemmen.
In het VGRP is er bij projecten waar de riolering vervangen wordt, van uitgegaan dat de bestratingsmaterialen hergebruikt worden. De kosten voor het vervangen van de fundering en het opnieuw leggen van de oude materialen worden uit de opbrengst rioolrechten gedekt. Het hergebruiken van het bestratingsmateriaal heeft echter zeer nadelige gevolgen voor de kwaliteit. Voor het vervangen van de verhardingsmaterialen als onderdeel van rioleringsprojecten is gemiddeld ongeveer € 300.000 per jaar nodig. Deze kosten mogen niet ten laste van de voorziening riolering worden gebracht. De middelen voor het vervangen van bestratingsmateriaal bij rioleringsprojecten worden daarom meegenomen in de planning voor het MIP wegen.
Financieel kader
De onderhoudskosten voor de korte en middellange termijn worden grotendeels bepaald door de huidige kwaliteit van de verhardingen en bestaat uit:
Klein onderhoud:
Het bedrag dat volgens de CROW-systematiek benodigd is voor het uitvoeren van klein onderhoud aan zowel asfalt- en elementenverharding is geraamd op € 177.600,- per jaar. Er is enige achterstand ontstaan in klein onderhoud. Daarom worden de uren in eigen beheer voor groot onderhoud vanaf nu voor klein onderhoud ingezet. De kosten daarvan zijn reeds in de begroting verwerkt en maken onderdeel uit van de totale kosten voor het dagelijkse onderhoud aan wegen (waarbij ook gladheidsbestrijding, onkruidbestrijding op verhardingen enz. worden uitgevoerd).
Groot onderhoud:
Na de weginspectie is door het wegbeheersysteem een basisplanning gegenereerd. Conform de systematiek is een zogenaamde maatregeltoets uitgevoerd.
Deze maatregeltoets, waarbij kritisch is gekeken naar de gekozen maatregelen en afstemming heeft plaatsgevonden met geplande projecten, heeft geresulteerd in een gemuteerde basisplanning.
Groot onderhoud ter plaatse van geplande projecten voor riolering of rehabilitatie (MIP wegen) is niet meegenomen in de raming van de kosten voor groot onderhoud.
In de begroting 2024 is € 561.000 aangevraagd voor uitbesteed Groot onderhoud. Daarnaast is een budget van € 60.000 aangevraagd voor de uitvoering van verkeers- en klimaatmaatregelen zoals snelheidsremmers of aanpassing van kruisingen en maatregelen in het kader van toegankelijkheid.
Het onderhoud wordt mede uitgevoerd om schades door aanleg of vervanging van nutsvoorzieningen te repareren. Hiervoor wordt van de nutsbedrijven een degeneratievergoeding ontvangen. Van grote nutsprojecten zijn deze middelen gereserveerd voor toekomstig herstel van wegen en trottoirs. In 2024 is een bedrag van € 50.000 aan het budget voor onderhoud wegen worden toegevoegd t.l.v. de reserve waaraan deze middelen zijn toegevoegd.
Uit de laatste weginspectie blijkt dat de kwaliteit van de wegen in de laatste planperiode is achteruitgegaan. Ca 84% van het areaal voldoet nu aan de gestelde kwaliteitsnormen. Dit is een achteruitgang ten opzichte van de inspecties uitgevoerd in 2019. Deze achteruitgang is ontstaan door de budgettaire beperking voor Groot onderhoud in de afgelopen planperiode, uitstel van reconstructies en uitvoering van grootschalige kabelprojecten. Tevens zijn niet alle Klein onderhoudsschades uit de weginspectie opgelost. Door voldoende budget op Groot onderhoud en efficiënt uitvoeren van Klein onderhoud kan een inhaalslag worden gemaakt.
De vastgestelde planning MIP wegen 2023-2026 is als volgt:
jaar kredietaanvraag | totaal netto krediet | uitvoering 2023 | uitvoering 2024 | uitvoering 2025 | uitvoering 2026 | uitvoering 2027 | uitvoering na planperiode | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Investeringen 2024 | ||||||||
2024 | Reconstructie Steenstraat CP | 340.000 | 50.000 | 290.000 | ||||
2024 | Vervanging riolering Nieuw Hulst | 685.000 | 100.000 | 585.000 | ||||
2024 | Herinrichting Rapenburg | 755.000 | 100.000 | 655.000 | ||||
2024 | Vervanging riolering Vogelwaarde fase 3 | 555.000 | 50.000 | 505.000 | ||||
Totaal 2024 | 2.335.000 | 300.000 | 2.035.000 | - | - | - | - | |
Investeringen 2025 | ||||||||
2025 | Reconstructie Absdaalseweg | 1.600.000 | 50.000 | 50.000 | 1.500.000 | |||
2025 | Vervangen riolering Bossestraat en Schoolstraat | 600.000 | 50.000 | 50.000 | 500.000 | |||
2025 | Reconstructie Truffinoweg en ged. Zandstraat | 785.000 | 50.000 | 50.000 | 685.000 | |||
2025 | Vervangen riolering en herinrichting Lageweg en Weststraat | 550.000 | 50.000 | 50.000 | 450.000 | |||
2025 | Vervangen riolering en herinrichting Paardenmarkt | 445.000 | 25.000 | 25.000 | 395.000 | |||
Totaal 2025 | 3.980.000 | 225.000 | 225.000 | 3.530.000 | - | - | - | |
Investeringen 2026 | ||||||||
2026 | Vervangen riolering Hengstdijkse Kerkstraat | 120.000 | 25.000 | 25.000 | 70.000 | |||
2026 | Aanleg Ravelijn Binnenvest en voetpad parkt | 115.000 | 25.000 | 90.000 | ||||
2026 | Aanleg gescheiden stelsel Clausstraat eo Dullaert fase 2 | 210.000 | 25.000 | 25.000 | 160.000 | |||
2026 | Reconstructie omgeving Grote Markt en rond Basiliek | 1.670.000 | 50.000 | 100.000 | 1.520.000 | |||
2026 | vervangen riolering Zomerstraat | 60.000 | 10.000 | 10.000 | 40.000 | |||
2026 | Vervangen riolering Elzenstraat, Olmenstraat, Wilhelmstr. Eo | 120.000 | 25.000 | 25.000 | 70.000 | |||
2026 | Vervangen riolering Oude Galgenstraat | 80.000 | 10.000 | 10.000 | 60.000 | |||
Totaal 2026 | 2.375.000 | - | 145.000 | 220.000 | 2.010.000 | - | - | |
Investeringen 2027 | - | |||||||
2027 | ||||||||
2027 | ||||||||
Totaal 2027 | - | - | - | - | - | - | - | |
Totaal alle investeringsjaren | 8.690.000 | 525.000 | 2.405.000 | 3.750.000 | 2.010.000 | - | - |
Knelpunten en risico’s
Met het vaststellen van het duurzaam financieel beleid heeft het gemeentebestuur richting gegeven om achterstanden in het onderhoud te voorkomen en de hiermee gepaard gaande risico’s te beperken. Zaken zoals verkeersveiligheid, externe prioriteiten kunnen ertoe leiden dat de planning bijgesteld moet worden. Door de huidige economische ontwikkelingen en de forse inflatie zullen de ramingen voor de uitvoering van het onderhoud in de toekomst moeten worden bijgesteld en zijn de thans beschikbaar gestelde structurele middelen mogelijk onvoldoende voor de uitvoering van de vastgestelde planning.
Ontwikkelingen
Om het beheer en onderhoud ook in de toekomst goed vorm te kunnen geven wordt in afstemming met de Basiskaart Grootschalige Topografie (BGT) de wijzigingen in het wegenareaal continu bijgehouden. De MIP’s worden periodiek bijgewerkt en ter besluitvorming voorgelegd.
Sinds 2016 mogen er geen onkruidbestrijdingsmiddelen op verhardingen meer toegepast worden. Het onkruid op de verhardingen wordt verwijderd door gebruik te maken van alternatieve methodes/machines. De ervaringen wijzen uit dat het verbod op bestrijdingsmiddelen wel een verandering in het straatbeeld geeft.